Het internet is niet meer weg te denken uit het dagelijks leven. Toch vergeten veel mensen dat al dat online gemak ook een prijs heeft voor het milieu. Van mailtjes en videogesprekken tot gamen en een avondje online casino spelen, alles wat je digitaal doet kost energie. Het lijkt onschuldig, maar tel je al die datastromen bij elkaar op, dan zie je pas echt de impact.
De impact van internetgebruik op het milieu
Een simpel voorbeeld, het versturen van één e-mail met alleen tekst zorgt al voor zo’n 4 gram CO₂-uitstoot. Voeg je een bijlage toe, dan kan dit oplopen tot wel 50 gram. Reken maar uit hoeveel dat op jaarbasis is. Het kan zomaar gelijk staan aan een autorit van honderd kilometer. En dan hebben we het nog niet eens over videostreaming. Een uurtje Netflix in HD staat gelijk aan ongeveer 2 gigabyte aan data. Hetzelfde geldt voor gamen, muziek streamen of een online potje spelen via je telefoon. Ook platforms die meerdere diensten combineren, zoals Intikkertje, het platform voor voetbalpoules, voetbal voorspellen, online casino’s en bookmakers, draaien op enorme hoeveelheden data die allemaal energie vragen.
Digitale voetafdruk verkleinen
Alles wat je online doet vormt samen je digitale voetafdruk. Net als bij de CO₂-voetafdruk wordt dit uitgedrukt in uitstoot. Gelukkig zijn er manieren om die voetafdruk kleiner te maken. Denk aan het opruimen van je mailbox, onnodige bestanden verwijderen of simpelweg je camera uitzetten tijdens videobellen. Apparaten goed onderhouden helpt ook, want hoe langer ze meegaan, hoe minder snel er nieuwe geproduceerd hoeven worden. En door bewust te kiezen voor offline momenten verklein je vanzelf je digitale impact.
Datacenters en hun energieverbruik
Om al die data op te slaan en te verwerken zijn datacenters nodig. Dat zijn grote gebouwen vol servers en koelsystemen die veel stroom gebruiken. Alleen al in Nederland ligt het verbruik rond de 3,2 miljard kilowattuur per jaar, bijna 3 procent van het totale stroomverbruik. Wereldwijd loopt dit op tot honderden miljarden kilowattuur. Gelukkig zijn grote datacenters relatief zuinig geworden dankzij slimme technieken en schaalvoordelen. Sommige gebruiken hun restwarmte zelfs om gebouwen in de buurt te verwarmen.
De groei van datastromen
De hoeveelheid data die wereldwijd wordt verstuurd groeit razendsnel. Bedrijven verplaatsen steeds meer naar de cloud en kunstmatige intelligentie neemt daar een flinke hap van. Schattingen laten zien dat het aandeel van datacenters in het wereldwijde energieverbruik stijgt van 3 procent nu naar ongeveer 5 procent in 2030. Dat lijkt weinig, maar het gaat om gigantische hoeveelheden stroom.
Kunstmatige intelligentie en duurzaamheid
AI kost veel energie, maar kan tegelijk ook een hulpmiddel zijn bij verduurzaming. Denk aan systemen die energieverbruik slimmer regelen, landbouw efficiënter maken of rampen beter voorspellen. Door data te analyseren kan sneller en effectiever worden gekozen voor duurzame oplossingen.
Wat organisaties zelf kunnen doen
Bedrijven hebben steeds meer mogelijkheden om hun IT te verduurzamen. Data in de cloud opslaan scheelt al energie in vergelijking met lokale servers. Ook helpt het kiezen voor leveranciers die groene stroom gebruiken. Daarnaast is het slim om klanten de optie te bieden apparaten te repareren of recyclen. En vergeet thuiswerken niet, want minder woon-werkverkeer betekent ook minder uitstoot.